Journalistiek & bladenmaken

Ik zet de werkelijkheid naar mijn hand

NAOBER 04|2022 FOTO © Trui Heinhuis

Schrijfster Corine Hartman is van het hele rauwe moordwerk overgestapt op cosy crime. Toch lopen conflicten tussen haar personages weer uit op moord. ‘Moord is onomkeerbaar. Ik ga tot het uiterste zodat de lezer ook de uitersten van afschuw, verontwaardiging of opluchting beleeft.’ 

Er sterft altijd wel iemand in de boeken van Corine Hartman. De doodsoorzaak is bovendien altijd moord. Waarom? Voor de schrijfster is dat geen vraag, het is noodzaak. “Elk verhaal heeft conflict nodig. In mijn verhalen lopen conflicten altijd uit op moord, ook in mijn nieuwste boek, De dode die niet werd gemist.” Maar een echtscheiding is toch ook een conflict? “Een echtscheiding loopt bij mij ook uit op moord. In mijn boek Vlaag van waanzin slaat een man met een honkbalknuppel in op zijn vrouw, nadat zij heeft gezegd van hem te willen scheiden.” Terwijl de schrijfster de gruwelijke details uit de doeken doet, vertrekt ze geen spier. Haar lichtgrijze haren waaieren om haar gezicht, de fijne huid straalt. En terwijl de vogels fluiten rond de torentjes van Kasteel Hackfort in Vorden, vertelt ze feit voor feit verder.

“Dat boek heb ik gebaseerd op de waargebeurde Gelredome-moordzaak. In de krant stond dat de dader in een vlaag van verstandsverbijstering zou hebben gehandeld. Als ik dat lees, vraag ik me af hoelang een vlaag duurt. Want terwijl hij op zijn vrouw insloeg, zag de man vanuit zijn ooghoek hun kind in de deurpost staan. Hij besloot het kind naar de buren te brengen; daar moet hij wel even mee bezig zijn geweest, want het gezin bewoonde een villa. Daarna keerde hij terug om de klus af te maken. Zijn vrouw was nog niet overleden. Door haar een kussen in het gezicht te duwen heeft hij haar laten stikken. Ik probeer me in te leven in zo’n man. Ik vel geen oordeel, ik probeer te ontrafelen wat er gebeurt, waarom het gebeurt en wat iemand drijft.”

Vanwaar jouw fascinatie voor de dood?
“Het leven is spannend, doordat je weet dat er een einde aan komt. Juist de wetenschap dat we zullen sterven, maakt het leven de moeite waard. Ik hou van die spanning. Mijn nieuwe boek De dode die niet werd gemist is een typische whodunnit. Alles draait altijd om de plot: wie heeft het gedaan? Net zo belangrijk is echter de vraag: waaróm heeft iemand het gedaan? De psychologie die achter iemands daden schuilt, is razend interessant. Persoonlijke ontwikkelingen doormaken en ontrafelen, dat is het leven. Alles wat voorafgaat aan de dood bepaalt je leven. Zelf heb ik meer haast gekregen met leven sinds ik op mijn zesendertigste bijna het loodje legde. Met een geperforeerde blindedarm kwam ik, op de terugweg van een schrijfretraite, op de intensive care van een Frans ziekenhuis terecht. Mijn broer en mijn man John zaten aan mijn bed. Ik had al afscheid van hen genomen, toen de artsen mij toch wisten te redden. Sindsdien ben ik me bewuster van mijn eindigheid. Ik ben er overigens niet bang voor.”

Wat maakt dat je niet bang bent?
“Sterven is een natuurlijk gegeven. Op een zeker moment is het klaar, dan ga je terug naar de natuur. Ik vind dat geen angstaanjagende wetenschap. De Chinese fillosoof en wijsgeer Lao Tse (604 – 507 voor de Christelijke jaartelling) stelde het mooi toen hij zei: ‘Wat de rups het einde noemt, noemt de rest van de wereld een vlinder.’ Uit zijn wijsheid haal ik het geloof dat we terugkeren naar waar we vandaan komen. We worden weer opgenomen in de natuur.”

De natuur speelt een grote rol in Corine’s nieuwste boek. Hoofdpersoon is kunstenaar Eva Romeijn. Als lezer maken we de opening mee van de tentoonstelling van werken waarop Eva het Achterhoekse landschap in al zijn schoonheid schilderde. De schrijfster laat haar vertellen hoe de onrust van haar zieke moeder plaatsmaakte voor een vredige glimlach toen ze haar mee naar buiten nam en de oude vrouw met haar blote voeten het bedauwde gras voelde. Een vertederend moment waarop Eva zich realiseert hoezeer ze de natuur waardeert. Het inspireerde haar tot de landschapsportretten. Maar al snel neemt de spanning in het boek toe, als Eva ontdekt dat haar buurman spoorloos verdwenen is. De baron die het kasteel bewoont op het landgoed dat grenst aan Eva’s cottage. Zijn verdwijning wekt meer ergernis dan bezorgdheid op bij de mensen in zijn omgeving. Iedereen die hem kent, lijkt een hekel aan de baron te hebben. Eva is de enige die ook zijn sympathieke kanten ziet. Zij vertrouwt de zaak niet en gaat op onderzoek uit. De avonturen die zij vervolgens beleeft, worden steeds riskanter en spelen zich af in en rond het Achtkastelen-dorp Vorden.

Hoe kwam je bij Vorden?
“Meer van mijn boeken spelen zich af in het oosten van het land. De Veluwe, de oevers van de IJssel en mijn woonplaats Lichtenvoorde waren allemaal mooie decors voor eerdere verhalen. De Achterhoek is groot. Het stadje Bronkhorst heb ik ook al kunnen benutten. Ik hou van plaatsen met geschiedenis. Die spreken tot de verbeelding, daar voel ik veel bij. Toen ik las dat het voor de eigenaren steeds moeilijker is om hun omvangrijke landgoederen in stand te houden, kwam de setting voor dit boek steeds meer tot leven. Oude adel, verhalen en vetes waarvan de oorsprong al vele generaties terug ligt. Vorden bleek een ideale omgeving om het personage Eva in te plaatsen.”

Naam: Corine Hartman.

Geboren: 1964 in Den Haag, groeide op in Zelhem en Doetinchem.

Thuis: woont met echtgenoot John en hond Shenna in Lichtenvoorde.

Werk: schreef 22 thrillers.

Hoogtepunten:
debuteerde in 2007 met Schone kunsten
won in 2021 de Storytel Award voor Hij volgt je
ontving tweemaal de Hebban Thriller Award
werd vijfmaal genomineerd voor De Gouden Strop.

Hoe onderzoek je de omgeving van je verhaal?
“Ik ga ernaartoe om sfeer te snuiven. Gewoon door er te zijn, rond te lopen, op terrasjes te zitten en alles in me op te nemen. Daarna gaat het vanzelf. Ik speel met feiten en fantasie. Vorden heeft bijvoorbeeld niet echt een centraal plein, maar dat had ik wel nodig, dus verzin ik het. De baron moest in een kasteel wonen, maar ik had niet per se alle acht kastelen nodig. De ingrediënten die ik kies, moeten dienstbaar zijn aan het verhaal, het verhaal gaat voor. Ik zorg ervoor dat ik weet waar ik het over heb, maar als het zo uitkomt zet ik de werkelijkheid naar mijn hand.”

Hoe vlecht je fantasie en realiteit in elkaar?
“Ik haal veel uit de actualiteit. Mijn verhalen situeer ik in het heden, zodat ik de problematiek van nu aan de orde kan stellen. Eva is erg bezig met de natuur. Hoe we omgaan met natuur is een thema in de samenleving. Ik wil het wel ergens over hebben. Als schrijver ben je ook wel verplicht om iets te zeggen, iets te vinden. Dat gaat via mijn personages. Thijs, de neef van de vermiste baron, worstelt met wat mensen van zijn seksuele geaardheid vinden. Een dorpsgenoot van Eva kampt met vervelende herinneringen uit het verleden. Ik zet lezers graag aan het denken. Zo’n artikel over landgoedbeheer bewaar ik. Ik heb een gigantisch archief vol mapjes. Als ik na een dag schrijven naar buiten ga, loop ik te puzzelen hoe een geschreven scène misschien beter elders past. Of mijn personages een geloofwaardige dialoog hebben gevoerd. Alle ontwikkelingen ontstaan in mijn fantasie. Soms heerst er complete chaos in mijn hoofd. Schrijven is niet: iets bedenken, opschrijven en klaar. Het is een heel proces. Er gaat veel tijd in het denkwerk zitten. Ik wandel niet voor niets zoveel. De blessure die ik nu aan mijn been heb is daarom lastig. Maar ik blijf lopen, met mijn hond. Als ik met mijn man een mooie route wandel, pakken we vaak ergens een terras om lekker te lunchen of een wijntje te drinken. We wonen in een prachtige omgeving.”

Wat spreekt je zo aan in de Achterhoek?
“De streek is rijk aan natuur en geschiedenis. Er zijn sterke, levendige verbanden. Mensen doen veel samen. Niet voor niets zijn er zoveel verenigingen waar je kunt klootschieten, voetballen of kaarten. Dat geeft mensen het gevoel ergens bij te horen. Het familiegevoel is sterk in dorpen. Het ouderwetse naoberschap waarbij je elkaars begrafenis regelt, is grotendeels voorbij. Maar elkaar opzoeken en samen een buurtfeest vieren of barbecueën bestaat nog volop. Mijn man en ik wonen in Lichtenvoorde waar geregeld buurtfeesten zijn. Wij vieren in onze straat samen Oud & Nieuw. Lichtenvoorde is protestant, dus hier wordt geen carnaval gevierd, maar in Groenlo wel. Ook het jazzfestival daar is een ontmoetingsplek. De sociale activiteiten zijn anders dan in een stad, niet beter of slechter, maar in deze sfeer van onderlinge betrokkenheid ben ik opgegroeid. Ik hou van het kleinschalige.”

Als schrijver ben je juist op jezelf.
“Misschien waardeer ik juist daarom wel zo’n sociale omgeving. Een groot evenement als de Zwarte Cross is echter niks voor mij. Ik ben er een keer geweest voor research, maar daar zijn mij veel te veel mensen bij elkaar. In een theaterzaal red ik het nog net, laat ik het zo zeggen. Ik heb een lichte vorm van misofonie. Van het gekraak van iemand die een koekje bij de koffie uit de verpakking haalt, krijg ik soms echt hoofdpijn. Ik hou van de aandacht die je voor elkaar kunt hebben, als je gewoon met een paar vrienden aan tafel zit. Lekker eten en samen een goed gesprek voeren. Mijn man en ik hebben elkaar ontmoet in de kroeg; we zijn al dertig jaar samen, maar in het café vind je mij niet vaak meer. Thuis hebben we ieder ons eigen kantoor en kan ik me echt afsluiten. Ik ben graag op mezelf, net als mijn nieuwe hoofdpersoon.”

Waarom lijkt het personage Eva zo op jou?
“In mijn vorige series beschreef ik heftige personages. De psychisch zieke Faye en de coke snuivende rechercheur Jessica die niet keek op een lijk meer of minder. Er is al zoveel aan de hand in de wereld dat ik het graag dichterbij wilde houden. Hou het klein, is mijn motto tegenwoordig. Een herkenbaar personage in een kleinschalige omgeving vind ik nu fijner, voor mezelf en voor de lezer. Gewoon even lekker verdwijnen in een spannend verhaal.”

Corines favorieten:

Wandeling “Rondom kasteel Hackfort in Vorden. Typerend voor de Achterhoek met zijn prachtige natuur en landgoederen. Daarna gezellig op het terras een hapje eten bij de Keuken van Hackfort.”

Uitzicht “Het hooggelegen World’s End in Kenia. Met vóór ons een enorme afgrond (vandaar de naam) en kilometers wijd uitgestrekte wildernis. Niet alleen het uitzicht, ook de stilte was indrukwekkend.”

Altijd op mijn bureau “Meestal hond Shenna. Een Tibetaanse terriër die graag hoog ligt om naar buiten te kijken.”

Boek “Agatha Christies En toen waren er nog deed me verlangen ook verhalen te gaan schrijven. Stephen Kings Misery en De Marathon vormden een inspiratiebron. Bernlefs Hersenschimmen, zonder gebruik van hoogdravende taal toch zo mooi en aangrijpend. Zo kan ik nog wel even doorgaan.”

Ontspanning “Naast het wandelen… in de thuissauna. Daarna op debank met een film.”

Muziek “Pink Floyd. Alle popmuziek van 1960 tot 1980.”

Jeugdherinnering “Eerste verliefdheid tijdens dansles. Bij mijn beste vriendin op de boerderij helpen en logeren.”

Nooit meer “In een vliegtuig. Genoeg gedaan, ook ver weg, maar met steeds meer tegenzin.”

‘Details maken een verhaal geloofwaardig,’ weet Corine. Hoe je dat doet? Lees hier Corine’s gouden schrijftips.